Vijftien jaar duurde het, mijn Twitter experiment dat ik in 2009 startte. Destijds was het nieuw en was ik -net verhuisd naar Hilversum- op zoek naar een netwerk in mijn nieuwe woonplaats. En daar was Twitter wonderwel geschikt voor. Het duurde niet lang voor ik op twitterborrels mensen op het mediapark leerde kennen. En later leverden die contacten me meer dan eens een baan of een interessant gesprek op. En regelde ik met één tweet een vervanger toen ik ergens wegging.
Het duizenddingendoekje, dat is wat twitter voor mij was. Wie je volgde maakte de waarde. En door het hoge tempo van berichten was het onmisbaar bij actualiteiten zoals de Arabische Lente, #BLM, #metoo.
Maar met de jaren veranderde de toon. Het gezellige verdween en het platform werd in toenemende mate een podium voor polarisatie, waarin mensen continue een grote bek hebben en je niks kunt zeggen zonder bedreigd, uitgescholden of gediscrimineerd te worden. De overname door Musk en het verwijderen van alle zijwieltjes en vangrails qua moderatie maakte dat het uiteindelijk echt niet meer te hachelen was. Een jaar of twee geleden stopte ik al met mijn actief gebruik van twitter, en lurkte ik zo nu en dan nog, als er wat actueels gebeurde.
Ik zit zelf al weer een paar jaar naar volle tevredenheid op Mastodon. Is het vergelijkbaar met twitter? Mwah, het is een stuk rustiger, maar ook véél respectvoller naar elkaar. Een fijne plek om te zijn. En het hoeft voor mij niet te snel druk te worden, gezapigheid rules. En decentrale netwerks hebben een plan dat een lange adem vergt, dus gestage steady groei is prima.
Sinds een tijdje ben ik ook op Bluesky te vinden, waar het nu inééns druk wordt. Met een half tot één miljoen twuchtelingen per dag die zich daar aanmelden is ineens een kritische massa bereikt voor breaking news. Dus nu heb ik op -letterlijk- twee handen na, iedereen die ik volgde op twitter wel ergens anders teruggevonden. En is er niks meer dat me nog aan de resten van twitter bindt. En het is goed zo. Doei twitter.